“Ja, dat is toch mooi?”, vraagt Verhagen zich hardop af tegenover
Omroep Gelderland. “En daar mag je dan naast staan. Dat is toch leuk.” Voor het onderhoud aan de velden in de gemeente Zutphen is de 58-jarige Verhagen dagelijks te vinden bij Warnsveldse Boys, Be Quick Z, AZC Zutphen, FC Zutphen en Z.V.V. De Hoven. Hij inspecteert de velden, op zijn eigen manier. “Ik begin altijd met kijken”, zo legt de grasmeester uit. “Wat zie ik? Hoe is de kleur en waar zitten de schades?” Vervolgens gebruikt Verhagen een guts om de grond goed te bekijken. “Dan voel en ruik ik. Als het niet goed zit in de grond, dan stinkt het echt. Soms proef ik ook. Dan voel je nog meer de fijne deeltjes van de leem. Dat voel je dan echt!”
Volgens vakblad Fieldmanager behoort Verhagen met zijn werkwijze tot de beste grasmeesters. Zijn concurrenten zijn Roy van Dijk (Johan Cruijff Arena), Bart Klein (gemeente Amsterdam) en Eddie van der Stappen (Weener XL). Allen hebben inmiddels bezoek gehad van de vijfkoppige jury. Volgens Verhagen is het moeilijk om het onderhoud in een stadion te vergelijken met dat van hem, bij amateurclubs. “Dat is een heel ander type beheer. In stadions leggen ze een mat neer, waar ze één seizoen mee proberen te doen. Hier maken we echt een mat die twintig jaar meegaat.”
Geen bestrijdingsmiddelenToch gebeurt dat laatste blijkbaar zo goed, dat het opvalt. Maar waar zit 'm dat dan in? “Sinds 2018 gebruiken we geen bestrijdingsmiddelen meer. Als de velden er dan zo bij liggen dat er nauwelijks verkeerde planten in zitten en het gras goed is, dan kun je wel iets met elkaar. Vanuit de branche komt dan onze naam naar voren. Zodoende, denk ik.”
KanshebberDe winnaar van de prijs wordt donderdagmiddag 4 maart bekend gemaakt. Hoewel Verhagen is geselecteerd voor de titelstrijd, en daarmee dus al bij de beste vier grasmeesters van Nederland behoort, blijft de Achterhoeker bescheiden. “Ik doe het niet alleen”, benadrukt hij nogmaals, waarmee hij doelt op zijn collega's van de gemeente Zutphen met wie hij samenwerkt. “Als we het worden, ben ik in ieder geval heel trots!”
Foto: Omroep Gelderland