"Zestig partijen hebben meegewerkt aan de realisatie van dit paviljoen", zegt Koldewey. Volgens zijn compagnon Holmer is het bijzonder om te zien hoe zo'n project verschillende branches, zoals bouw, agrariërs en architecten, laat samenwerken: "Dat zijn partijen die vijf jaar geleden bijzonder weinig met elkaar deden. Het bouwen van een gebouw dat gemaakt is van gewassen die in de omgeving van het gebouw geteeld kunnen worden, is nog niet zo simpel."
Bart Wolberts, architect van het 'biobased vergaderpaviljoen', merkte dat het ontwerpen van een duurzaam gebouw een hele andere tak van sport is: "Architecten zijn verwend geraakt door beton en staal, met deze materialen moet je veel specifieker kijken naar de plek waar je bouwt." De isolering van het gebouw is gemaakt van compact stro. Volgens Mark Evers, commercieel directeur bij het bouwbedrijf dat het paviljoen gebouwd heeft, is werken met dit duurzame isolatiemateriaal nu nog erg arbeidsintensief: "Het zou fijn zijn als deze bouw meer geïndustrialiseerd kan worden. Dit compacte stro is drie keer zo zwaar als hout."
Verdienmodel
Boer Arjan Prinsen ziet het telen van gewassen voor gebruik bij bouwen wel zitten, maar dan moet er nog wel het nodige veranderen. "Boeren willen het wel, maar er moet wel een verdienmodel aan zitten", zegt Prinsen. "Rotatieteelt wordt namelijk steeds belangrijker. Als er een vergoeding voor biobased komt is er draagvlak."
Dit bericht is tot stand gekomen in samenwerking met de lokale omroep Ideaal
