Het was Hertgers zelf die zijn dochter vond. Kort daarna kwam een agent naast hem staan en zei dat de dader “zo’n aardige man” was geweest. Die woorden schoten bij de Winterswijkse vader in het verkeerde keelgat. Vanaf dat moment ging er veel mis: Hertgers en zijn vrouw werden op plastic stoeltjes bij de voordeur gezet, terwijl het huis volstroomde met mensen. Het vertrouwen in de politie verdween die dag.
“Ik werd anderhalf uur lang alleen verhoord, alsof ik de dader was”, vertelt de Winterswijker. “Ze hebben nooit echt sorry gezegd of verantwoordelijkheid genomen. Je verwacht empathie, maar die was er niet.” Alsof dat nog niet erg genoeg was, werd Slachtofferhulp pas na drie dagen ingeschakeld. “De rechercheurs vertelden me dat ze dat waren vergeten.”
Zelf op zoek naar hulp
Na de eerste chaotische dagen besefte Hertgers dat hij zelf iets moest doen. Zijn verhaal is niet alleen een verhaal van rouw en verdriet, maar ook een verhaal over veerkracht en herstel. Toen officiële instanties tekortschoten, besloot hij zelf hulp te zoeken. “In het begin moest ik niks van psychologen hebben”, vertelt hij. “Maar achteraf ben ik blij dat ik het gedaan heb. Je komt er niet alleen uit.”
De EMDR-therapie die hij volgde was zwaar, elke herinnering kwam opnieuw naar boven. “Het is harde therapie, maar het heeft me geholpen. Het eerste wat ik na de moord deed, was alle broodmessen weggooien. Nu kan ik ze weer zien. Dat zegt wel wat.”
‘Jij hebt een gezond verstand’
De gesprekken met zijn psycholoog brachten de Hertgers nieuwe inzichten. “De psycholoog vroeg wat ik zou doen als de dader nog had geleefd. Ik had de meest verschrikkelijke dingen in mijn hoofd”, aldus Hertgers. “Maar toen zei de psycholoog: ‘Dat zou jij nooit kunnen doen, jij hebt een gezond verstand. Mensen met een gezond verstand kunnen zoiets niet doen.” De Winterswijker heeft een belangrijk inzicht gekregen toen hij met andere nabestaanden, waar de dader nog leeft, aan de praat kwam: “Als ik hoor hoe zij eraan onderdoor gaan, ben ik opgelucht dat de dader dood is,” zegt hij eerlijk.
‘Bij ons liep het anders’
Hertgers realiseerde zich hoe anders en uitzonderlijk zijn situatie was. “Bij veel anderen is de opvang gelukkig goed gegaan. Ik denk dat het bij ons anders liep omdat de dader een politieagent was. Het voelt alsof de politie toen zo min mogelijk naar buiten wilde brengen.” Toch ziet de Winterswijkse vader in dat voor de politie ook een lastige en vreemde situatie moet zijn geweest.
Vertrouwen herwinnen
Langzaam vond Hertgers weer vertrouwen in hulpverleners. Organisaties als Filomena en Moviera hebben daar een grote bijdrage aan geleverd. “Zij hebben me laten zien dat het ook anders kan.” Hertgers probeert nu dit soort organisaties naar de Achterhoek te halen. “Mensen moeten weten dat ze niet alleen zijn.”
Cruciale stap
Het contact met andere nabestaanden bleek een cruciale stap in zijn rouwproces. “Zij weten hoe je je voelt. Iemand die het niet heeft meegemaakt, kan het zich alleen maar inbeelden,” zegt hij. “Er zit een verschil tussen rouw en rouw: wij hebben rouw met een A, en de andere is met een O.”
Doorleven
Zijn dochter krijgt Hertgers nooit terug, maar hij heeft een manier gevonden om haar door te laten leven. “Als wij ons verhaal niet hadden verteld, had niemand iets gehoord”, aldus de Winterswijker, “Dan was het gebleven bij een moord in relationele sfeer. Nu wordt erover gepraat, en ik hoop dat wij daar een steentje aan bij hebben gedragen.”
Vrijdag 28 november staat de
vrachtwagenbioscoop van Hertgers bij de DRU in Ulft. Driehonderd derdejaarsleerlingen van het Almende College zijn hierbij aanwezig.