“Bloemenzaken mogen volgens de Rijksoverheid openblijven, mits zij buiten verkopen”, zegt de eigenaar van Bloemenhandel Wilri. “In Zevenaar staan we vrijdags gewoon op de markt, terwijl we sinds half januari niet meer op de weekmarkt in Didam mogen staan.” De Zevenaarse wethouder Belinda Elfrink bevestigt dat bloemisten in haar gemeente nog op de markt staan: “Bloemenzaken mogen volgens de maatregelen buiten hun waren verkopen. Op zo’n vijftig meter van de markt zit een bloemist, dus is het vreemd dat deze wel open mag, terwijl een marktkoopman met bloemen niet welkom is.” De wethouder benadrukt dat andere niet-levensmiddelenkramen momenteel niet op de markt mogen staan. Om hen te compenseren heft Zevenaar geen marktgeld voor de periode dat zij niet op de markt mogen staan.
De Montferlandse burgemeester Peter de Baat begrijpt dat de situatie vragen oproept. Tijdens de politieke avond van donderdag gaf hij aan dat markten sinds de verscherpte lockdown alleen openblijven voor levensmiddelen. Toch blijft er volgens De Baat veel onduidelijk: “Begin januari is daarom op verzoek van mij en enkele collega’s door de voorzitter van onze veiligheidsregio aan minister Ferd Grapperhaus gevraagd hoe het nou precies zit.” Het antwoord vanuit Den Haag was volgens De Baat eenduidig. Warenmarkten mogen in Nederland alleen open voor levensmiddelen. Aankomende week komt vermoedelijk een verruiming voor niet-essentiële winkels, al weten De Baat en Elfrink nog niet wat dit betekent voor marktkooplieden.
‘Druktes voorkomen’
Ook zonder de verruiming staat in de wet een uitzondering voor onder andere bloemisten en dierenspeciaalzaken. Toch kiest Montferland bewust om hen niet op de markt te laten staan. “Dit doen we om drukte op de markt te voorkomen”, zegt een woordvoerder. Volgens Wegman ligt de oplossing ligt niet zozeer bij de markten: “Als ik geen bloemen verkoop, gaan klanten ze halen in de supermarkt. Door markten open te houden, zorg je in ieder geval voor wat meer spreiding.”
Foto: Roy Wegman