Bij het uitgiftepunt staat een wit busje. Vanuit de achterklep deelt Regina Pommerin van de milieudienst van de Stadt Emmerich materiaal uit. Naast de stapels zakken en grijpers heeft ze ook koffie, waterflesjes, fruit en snoepjes klaarstaan. “Je zou willen dat alle inwoners van Emmerich meedoen,” zegt ze. “Maar mensen zijn er nog te weinig vatbaar voor. Toch kun je met zo’n dag laten zien wat de rivier allemaal meeneemt en wat wij dus terugkrijgen.”
Dit jaar hebben zich zo’n zestig inwoners aangemeld, onder wie kinderen van de Gesamtschule en een kinderopvang. Verspreid over meerdere startpunten trekken ze langs de oever. Het eerste wat opvalt, is niet het grote afval, dat wordt door de stroming vaak verderop afgezet, maar de kleine troep. Veronika, een van de deelnemers, zucht terwijl ze tussen de keien vist: “Overal liggen lollystokjes en filters van sigaretten. Funest voor het leven in en langs de rivier. Zelfs boeren met grond in de uiterwaarden hebben hier last van.”
Niet alleen particulieren doen mee. John, manager sustainability bij een katalysatorenfabrikant aan de Rijn, is met acht collega’s gekomen. “We willen een goed voorbeeld geven,” legt hij uit. “Ons bedrijf stimuleert vrijwilligerswerk en deze uren worden gewoon uitbetaald. Het gaat erom dat we bijdragen aan de gemeenschap van Emmerich.”
Terwijl de zakken voller raken met peuken, plastic flessen, stukken touw, visserslijnen en zelfs een volle fles sojasaus, komt burgemeester Peter Hinze langs. Hij maakt een praatje bij het uitgiftepunt en groet de schoolkinderen die net met een zware zak aankomen. “Ik vind het belangrijk om hier te zijn,” zegt hij. “Mensen zetten zich vrijwillig in voor hun stad en hun rivier. Eén dag per jaar lijkt weinig, maar het doet ertoe.
Bewustwording groeit.
Hij wijst op de jeugd die moe maar trots met hun buit staat te lachen. “Mijn hoop is op hen gericht. Er is een nieuwe beweging gaande. Op scholen wordt steeds meer aandacht besteed aan vervuiling door plastic en microvezels. Vroeger dachten mensen: ach, zaterdag wordt de stad toch geveegd. Nu beseft men dat de openbare ruimte de woonkamer van ons allemaal is. Als iedereen zijn verantwoordelijkheid neemt, ziet de Rijn er heel anders uit.”
Na drie uur rapen en verzamelen liggen de volle zakken keurig langs de oever, klaar om door de gemeentelijke diensten te worden opgehaald. De stapels vormen stille getuigen van wat de rivier dagelijks langs voert en wat mensen achteloos achterlaten. Het is geen structurele oplossing, maar de symboliek telt. Het zet aan tot nadenken.
Niet alleen Emmerik ruimde de oevers van de Ruin op. Ook Rees en Kleve deden mee aan de RhineClean-Up.