“Wij geloven dat het belangrijk is dat kinderen die opgroeien in onze regio iets over onze streektaal leren kennen”, laat streektaalfunctionaris Susanne Braamburg weten. Het leren van de streektaal draagt volgens Braamburg bij aan de tolerantie van de kinderen en voor verbinding in de regio. Volgens Braamburg zijn er nog altijd leerlingen onzeker over hun Nederlands, “bijvoorbeeld omdat ze een ‘boers’ accent hebben.”
De Nedersaksische taalinstituten hebben met de Handreiking en de lesmaterialen een duidelijke missie: iedereen duidelijk maken dat de streektaal gelijkwaardig is aan het Nederlands en je je er niet voor hoeft te schamen. “Meertaligheid en tweetaligheid is iets om trots op te zijn”, aldus Braamburg. De Handreiking is een signaal dat er nu ruimte is voor meertaligheid, thuistalen en streektaal in het basisonderwijs
Nadenken over taal
Met de handreiking proberen de Nedersaksische taalinstituten te simuleren dat kinderen nadenken over de taal. “Veel kinderen hebben nog platpratende grootouders of ouders, maar hebben er zelf nog nooit over nagedacht”, aldus Braamburg. Taal leren en leren over taal wordt een gezamenlijk proces, waarin kinderen met een andere thuistaal ook mee kunnen doen.
Daarnaast kan volgens Braamburg het leren van de streektaal bijdragen aan een positief effect op de identiteit hebben: “In een tijd van polarisatie en wij-zij denken merk je dat veel mensen in de Achterhoek zelf niet zo goed weten wat hun identiteit is, en streektaal sluit daar vaak bij aan.”
Gunstig voor ontwikkeling
Meertaligheid blijkt bij kinderen gunstig te zijn voor de ontwikkeling van het denken. Zo zijn kinderen in staat makkelijker een nieuwe taal te leren. Door in de klas aandacht te schenken aan de thuistaal van leerlingen, vaak een andere taal dan Nederlands, kan het leren van Nederlands worden bevorderd.
“Wij hebben ook Engels geleerd vanuit een Nederlandse basis, ook omdat we op school over de verschillen tussen Nederlands en Engels leerden”, vertelt Braamburg. Zij is dan ook van mening dat dit voor een kind met een andere thuistaal ook mogelijk moet zijn. “Met de Handreiking geven we daar mogelijkheden toe.”
Handvatten voor leerkrachten
De Handreiking is bedoeld om leerkrachten handvatten te geven om de streektaal op te nemen in het curriculum. Streektaalfunctionaris Braamburg ziet dat veel docenten de taal niet spreken, maar hier wel interesse in hebben. De lesmaterialen zijn zo vormgegeven dat de leerkracht geen streektaal hoeft te spreken om ermee bezig te gaan.
“De leerkracht kan zo ook leren over diens eigen regio, of de regio waarin ze wonen. Dit vinden de kinderen die wel iets weten over streektaal ook heel leuk”, vertelt Braamburg. Hoe de lessen er in de praktijk uit gaan zien, is aan de docenten zelf.