“De insteek van de tentoonstellingen in beide steden is dat we aan de hand van verhalen van overlevenden de waanzin van bombardementen op burgerdoelen willen laten zien”, aldus Esther Ruesen, directeur van Stadsmuseum Doetinchem. “Ook laten we zien welke invloed deze bombardementen hebben gehad op de inwoners van deze twee steden.” Na 76 jaar in vrijheid vonden de directeuren van de musea het tijd om meer over elkaar te leren. Bij een lezing merkte de Herbert Kleipass, directeur van het Duitse museum, dat in Doetinchem weinig bekend is over het Emmerikse oorlogsverleden. “Ik kon hierbij vaststellen dat in Doetinchem amper iemand iets daarover wist”, aldus Kleipass. “Andersom net zo, hier in Emmerik weet ook niemand wat over Doetinchem. Hoewel men lange tijd wel deze steden bezocht heeft.”
Zo werd bij de bombardementen in Emmerik in oktober 1944 bijna de gehele stad verwoest. Drieduizend burgers kwamen daarbij om het leven. In Doetinchem overleden 170 burgers in de nadagen van de oorlog bij een drietal bombardementen, waarbij de helft van de binnenstad in de as werd gelegd. “Door deze samenwerking hebben we meer geleerd over de verhalen van elkaars kant”, aldus Ruesen. “Vooral over de verhalen van mensen die de bombardementen overleefd hebben. Zowel in Doetinchem over Emmerich als andersom.”
InvloedHet verhaal van Ans van As speelt een belangrijke rol bij de tentoonstelling, zij verloor bij het bombardement op Doetinchem op 21 maart 1945 haar beste vriendin. Ze was elf jaar toen dit gebeurde maar begon er pas over te schilderen toen ze tegen de zeventig jaar oud was. Haar schilderijen hangen in Emmerik. “De een schrijft erover, de ander die schildert en weer een ander heeft het er nooit over”, aldus Ruesen. “Hoe dan ook is het altijd van invloed op iemands leven en ook op de generaties daarna.”
Dit bericht is tot stand gekomen in samenwerking met de lokale omroepen Antenne Niederrhein en RN7.Foto: REGIO8