“Het is toch wel een speciale dag”, zegt Ria Tuenter. Deze zondag is het precies een jaar geleden dat haar moeder overleed. “Maar ik moet zeggen dat de berusting toch wel overheerst. Berusting dat ze niet meer onrustig en angstig is.” Tuenter begon toevalligerwijs met schrijven en rolde via korte verhaaltjes naar columns en van daar naar haar eerste boek. Dat werd goed ontvangen en was een reden om aan een tweede boek te beginnen. “Eigenlijk dacht ik na dat eerste boek ‘nu is het gewoon af, dit was het verhaal wat ik wilde vertellen en het is goed zo.’ Maar er kwamen zoveel reacties van mensen ‘wanneer komt deel twee?’ Tuenter ging erover nadenken en omdat haar moeder in de tussentijd overleed, was er ook ruimte voor andere verhalen. “ Ik kon nu ook vertellen hoe het was om dat laatste stukje van iemand die dementie heeft en komt te overlijden, om dat te beschrijven.”
Inhoudelijk verschillen de beide boeken niet veel van elkaar. “Ik denk dat het verschil vooral zit in het feit dat het eerste boek vooral verhalen over mijn moeder waren en er staan in het tweede boek ook verhalen die in deel een hadden kunnen staan, maar vanaf het overlijden van mijn moeder dat zijn toch wel heel veel mijn gevoelens. Dus in die zin is het wat persoonlijker geworden.” Kenmerkend voor de schrijfstijl van Tuenter is dat er, ondanks de ernst van de situatie ook gelachen kan worden om sommige situaties. “Het is niet alleen maar ellende en droefenis. Er kan nog genoeg gelachen worden, ook in deel twee.” Maar het schrijven van het boek viel niet altijd mee. “Tijdens het schrijven zijn er veel tranen gevloeid nog. Door toch dat verhaal nog te vertellen, ook tijdens lezingen, dan merk je toch wel dat je daar zelf ook veel sterker in wordt en dat je haar dood kunt verwerken. In die zin is het zeker een afsluiting.”
Kusje voor Popje verschijnt 25 maart.
Foto: Jurgen Pillen