"Zo'n reekalfje is geurloos en heeft het instinct om stil te blijven liggen", aldus boswachter Doreen Rugers. "Het kalfje vertrouwd echt honderd procent op zijn instinct, schutkleur en geurloosheid." Vertrouwen op de camouflage is terecht, want de dieren zijn niet te zien voor boeren in een maaimachine. Daarom gingen vrijwilligers vroeger lopend de weilanden af. Sinds vier jaar is het een stuk makkelijker geworden door een drone, die is uitgerust met een speciale warmtecamera. "De drone vliegt op een hoogte van dertig meter en heeft ook een spreiding van dertig meter. Hij vliegt een patroon dat wordt aangegeven met de iPad", vertelt Peter l' Amie, vrijwilliger bij de Wildbeheereenheid. "Dat is een veel efficiëntere manier van zoeken dan wanneer je gaat lopen door het hoge gras, dan vind je bijna niks."
Dit jaar zijn er tot nu toe vijftien reetjes gered. Nadat de kalfjes worden gevangen worden ze buiten het weiland vrijgelaten, zodat ze hun dag kunnen vervolgen. Helaas gaat het niet altijd goed, zo vertelt l' Amie: "Het wil wel eens gebeuren dat een gered kalfje terugloopt naar het weiland, als de boer dan niet direct begint met maaien is de kans groot dat het kalfje doodgemaaid wordt."
Honden ook een gevaar
Maaimachines zijn niet het enige gevaar voor de reetjes. Volgens boswachter Rugers zijn ook wandelaars met honden een vijand voor de jonge dieren: "Als een hond een reekalfje aantreft, kan het instinct de overhand nemen." De vrijwilligers van de wildbeheereenheid zijn de komende weken nog op pad met de drone, daarna moet het natuurlijke instinct het overnemen.
Foto: REGIO8