“We zijn goed op weg, maar er is ook nog een hele weg te gaan”, zegt wethouder Frans Langeveld van Doetinchem tijdens de concept-presentatie van de Regionale Energiestrategie voor de acht Achterhoekse gemeenten. Binnen de komende tien jaar moet er een behoorlijke toename aan zonnevelden, zon op dak en windturbines gerealiseerd worden om te komen tot 1,35 Terawattuur (TWh) dat de regio wil gaan opwekken in 2030. Hierbij staat 1TWH gelijk aan ongeveer 30 windmolens en 400 hectare aan zonneparken. Op dit moment is tussen 0,2 en 0,3 TWh in de regio gerealiseerd. “Aan de andere kant hebben we gemerkt dat niemand in de Achterhoek zegt 'ik wist dit niet', merkt Langeveld tevreden op. "De afgelopen jaren is hier beleid op gemaakt, waarbij belanghebbenden en inwoners zijn betrokken."
Per gemeente wordt nu gekeken naar geschikte locaties voor windmolens en zonneparken. “Dit wordt verdeeld over de hele Achterhoek", zegt Langeveld. "Het kan niet zo zijn dat één gemeente er plezier van heeft en de andere gemeente de lasten heeft. Overal zullen we zien dat het landschap verandert en gaan we windmolens, zonneparken en zonnepanelen op het dak zien.” Inwoners hoeven volgens Langeveld echter niet bang te zijn dat de Achterhoek helemaal vol wordt gezet. "We hebben nu een richtlijn waar we naar toe moeten werken, zodat we het kunnen gaan invullen.” Daarnaast onderzoekt de regio de beschikbaarheid van restwarmte dat met name in dichtbevolkte gebieden in de Achterhoek kansrijk lijkt te zijn.
'Ambitie is realistisch'
De ambitie om de komende tien jaar te komen tot een opwekking van 1,35 TWh is volgens Langeveld realistisch: “We hebben nu vijf jaar nodig om alle plannen te maken. Dan heb je nog vijf jaar nodig om het te realiseren. Plannen die in een ver gevorderd stadium zijn gaan we al eerder uitvoeren, maar dan moeten we ook goede afspraken kunnen maken met Liander die de energie moet kunnen terugleveren.”
Over een jaar moet de definitieve Regionale Energiestrategie voor de Achterhoek er liggen. Het komende jaar wordt gebruikt voor overleg met boerenorganisaties, het bedrijfsleven en energie coöperaties.