Dobrindt had direct na zijn aantreden begin dit jaar aangescherpte grenscontroles ingesteld, waarbij ook mensen die asiel wilden aanvragen bij de grens werden geweigerd en teruggestuurd. Op 9 mei werden de drie Somaliërs op basis van die nieuwe regels bij Frankfurt an der Oder tegengehouden en direct naar Polen gestuurd.
Volgens de rechtbank mogen asielzoekers niet zomaar aan de grens worden geweigerd. Eerst moet altijd het zogenoemde Dublin-proces worden doorlopen, waarin wordt vastgesteld welk EU-land verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag. Zonder dat proces is terugsturen in strijd met Europees recht, zo stelt de rechter (zaaknummer: VG 6 L 191/25 e.a.).
De uitspraak is een flinke klap voor Dobrindt, die zich in de regering-Merz profileert met harde migratiemaatregelen. Volgens de Rheinische Post bleef tot nu toe onduidelijk of zijn nieuwe beleid juridisch houdbaar was. Met dit vonnis wordt duidelijk dat er grenzen zitten aan de aangescherpte aanpak.
Minister Dobrindt heeft gisteravond gereageerd en stelt dat het oordeel alleen voor deze specifieke zaak geldt en dat het algemene beleid in stand blijft. Toch kan de uitspraak gevolgen hebben, ook voor andere landen die soortgelijke maatregelen overwegen, zoals Nederland.
De zaak kan ook gevolgen hebben voor andere EU-landen, zoals Nederland. PVV-leider Geert Wilders wees gisteravond na een overleg met de fractievoorzitter van de coalitiepartijen VVD, NSC en BBB, nog op het Duitse beleid als voorbeeld. Nu Duitsland wordt teruggefloten, komt de juridische basis van vergelijkbare maatregelen elders in Europa onder druk te staan. Geert Wilders zou er een nachtje over gaan slapen en zei gisteravond tegenover de landelijke pers 'dat de situatie in politiek Den Haag zeer moeilijk is'.